Gratis maar goud waard

Met de verandering in mijn mindset rond materialisme en bezittingen gaat er heel wat gepaard. Het is niet alleen zo dat ik “vanaf nu probeer minimalistisch te leven”. Ik ben nog altijd heel blij dat ik minimalisme heb leren kennen, het heeft een grote impact op heel mijn leven. Zelfs mijn jongste zoon heeft de microbe te pakken (al doe ik zo’n uitspraken best niet teveel aangezien we allen herstellende zijn van een Coronabesmetting). Ik hoor hem regelmatig zeggen “Mama, als we dat niet meer gebruiken zouden we dat beter wegdoen hé?”

Sinds ik mijn living heb geminimaliseerd heb ik meer ruimte voor de dingen die ik ècht graag zie. Vroeger vond ik mijn boekenkast iets vet maar ik ben hierin sterk veranderd. Er was geen enkel boek dat ik nog ging herlezen dus waarom stonden ze daar nog? Wat was de waarde van die boeken voor mij? Nadat ik ze had gelezen: geen enkele om eerlijk te zijn. Het waren items waar ik het stof van moest afvegen en netjes moest terugzetten. De boeken die me wel na aan het hart liggen hield ik en de rest ging de deur uit naar geïnteresseerden. Nu staat er een veel kleinere kast en is er een gigantische hoek voor mijn planten die de tijd van hun leven hebben daar.

Het voelt als een verlichting om te beseffen dat ik genoeg heb. Ik heb niet meer “dringend dit of dat nodig”. Het lukt altijd wel door even te wachten en er komen altijd oplossingen uit de bus. De rust die dit met zich meebrengt is onbetaalbaar en de energie die ik uit die rust haal gebruik ik voor iets anders. Wandelen in de natuur bijvoorbeeld. Echt, de 15-jarige in mij draait keihard met haar ogen als ze dit ooit zou lezen. Ze zou mij een zweefteef noemen maar sinds ik minder tijd spendeer aan winkelen heb ik meer tijd om eens een boswandeling te maken en mijn hoofd op die manier leeg te maken. Winkelen was soms gewoonweg verdoven.

Nu ik meer wandeldates heb apprecieer en onderhoud ik mijn relaties nog veel meer dan vroeger. Vroeger sprak ik gemakkelijk eens af in een koffiebar of om een namiddag in het shoppingcenter te spenderen. Ik kwam nooit tot zo’n goeie gesprekken als tijdens een wandeling. Ik ga uiteraard ooit nog wel koffietjes slurpen maar ik ga ook blijven inzetten op samen bewegen en buitenlucht opsnuiven. Ik ben altijd al iemand geweest die met weinig content was en dat is alleen maar gegroeid. (In koffiebars word ik ook soms nerveus door het grote aanbod. Een gewone zwarte koffie is voor mij goed genoeg, liefst een grote 😉 )

Ik geniet dubbel zo hard van “belevenissen” zo kijk ik al weken uit naar mijn kapper en het bezoekje aan de schoonheidsspecialiste. Dat was iets wat ik vroeger tussen de vele afspraken in plande. Nu geef ik heel graag een extra centje uit aan een gelaatsverzorging of aan een massage aan huis. Er is niets mis met jezelf verzorgen. Nog even geduld hiervoor!

7 vragen aan…

Op de pagina “Inspiratiebronnen” vul ik van tijd tot tijd nog wat boeken, blogs of documentaires aan maar het liefste luister ik naar gelijkgezinden over minimaliseren. Er zijn nog heel wat mensen die niet weten wat het juist inhoudt en wat het kan bijbrengen in je leven en het is fijn om te praten met iemand die exact weet wat je bedoelt.

Vandaag laat ik Kim aan het woord. Ik volg Kim al enkele jaren vanop de zijlijn doordat we ons in dezelfde dingen interesseren. Laatst kwamen we elkaar heel toevallig tegen bij het zwembad en toen besefte ik dat ze best een goeie kandidaat zou zijn voor het “7 vragen aan….”-onderdeeltje. Dus hier gaan we!

Hoe of door wie leerde je minimalisme kennen?

Toen we gingen samenwonen, kochten we al snel 25 mooie borden, evenveel wijnglazen, champagneglazen, cocktailglazen, waterglazen, drie volle dozen hapjesdingen enz… Dit leidde tot een huis waar nooit genoeg kastruimte was én waar ik enorm veel werk aan had terwijl het meeste maximaal 1x per jaar uit die kast kwam (om te poetsen). Drie maand nadat we gingen samenwonen, werd ik -bewust- zwanger. Dit leidde tot nog meer spullen (tip nummer 1: laat je nooit in een babyspullenwinkel adviseren wat je écht nodig hebt!).

Uiteindelijk ging ik op zoek naar een boek dat me kon helpen om de chaos een beetje minder chaotisch te maken en zo kwam ik terecht bij de HuisHoudCoach. Een Nederlandse dame die in het toenmalige boek probeerde het huishouden op de rails te krijgen. Van poetsen tot sorteren, van een soort huishoudboekhouding tot een goede basisuitrusting om alles onder controle te houden.
De jaren kabbelden verder, er kwamen nog twee kindjes bij en ik ging terug studeren. Als studerende leerkracht betekende dit nog veel meer materiaal in huis en vooral kilo’s papier. Pas nadat ik mijn laatste diploma haalde, dacht ik: “NU is het GENOEG!”.
Ik had tussendoor al wat ge-Netflix’t, Marie Kondooke op afstand gevolgd, ik las geregeld iets van The Minimalists en ik was in de ban van Tiny Houses. Het liefste had ik alles achtergelaten en vanaf nul gestart in zo’n klein huisje. Natuurlijk was dit met een echtgenoot, drie kinderen, twee honden, vijf kippen en toen nog wat vissen… niet echt realistisch. Ik koos voor the next best thing.
Al mijn oud lesmateriaal en mijn studieboeken werden naar het containerpark gebracht. Ik wou het ritueel verbranden maar dat was niet meer toegestaan. Daar stopte het niet. De kasten, de zetels, de tafel… ik was het beu gezien. Jarenlang had ik avonden, nachten en zeer vroege ochtenden gestudeerd in de living. Ik associeerde de ruimte met “werk” of “studeren” waardoor het thuisgevoel echt weg was voor mij. Daarnaast kostte het onderhoud me enorm veel tijd. Ik sorteerde uit wat we écht gebruikten, hield nog een klein beetje extra gerief zodat we comfortabel mensen konden blijven ontvangen (dat was in den tijd dat dit nog mocht!) en de rest ging weg. In één dag haalde ik de kasten uit elkaar en werd heel extreem van overvol naar zeer leeg gegaan. Carte blanche: the end of an era en het begin van nieuwe vrijheid.
In plaats van een dressoir, een barkast, een speelgoedkast, een gigantische salontafel en geen ruimte voor niets, gingen we uiteindelijk naar één barkast(je). De rest van het gerief vind je nu in onze keuken terug, het speelgoed in de kamers. Iets dat niet gebruikt wordt, wordt vriendelijk buitengebonjourd.
De ruimte wordt gebruikt en het huis leeft. Een kamp maken, voluit knutselen of genieten van een filmavond, geen probleem. De living verbouwen tot Playmobil/lego-land, okido! Nailed-it naspelen en volop bakken en versieren, prima! Maar eens het erop zit (na een activiteit, een dag, een week…), gaat alles gewoon terug naar zijn vaste plekje.

Welke tip zou je starters meegeven?

Warm op met iets wat bij jou past:
Lees je graag stripverhalen/manga’s? Lees dan eens die van Marie Kondo, niet persé om zo extreem tewerk te gaan maar wel om goesting te krijgen…
Luister je graag naar podcasts? Probeer dan eentje te beluisteren over declutteren of minimalisme.
Kijk je graag series/reality shows? Bekijk eens iets op Netflix rond het topic of zoek op YouTube, 1001 filmpjes! Mijn favoriet: The Tiny House Movement. Niet zozeer om zelf in zo’n piepklein huisje te wonen maar ze hebben wel heel leuke opbergideeën en het is zo leuk om te zien hoe ze alles maken…
Laat je vooral niet overrompelen. Er is ongetwijfeld een reden waarom je dit leest of waarom dit je bezighoudt. Wat wil je bereiken? Focus on the goal! Als je nadenkt waarom je dit wil gaan doen, lijkt het iets makkelijker te gaan. Ik wou meer tijd voor mezelf en minder tijd om alles schoon te maken/bij te houden!

Kreeg je al veel tegenkantingen?  Zoja, welke?

Tegenkanting zou ik het niet noemen, eerder verbazing.
“Jamaar, wij hebben iedere 2 jaar een groot feest met 30 man!”. Wij doen dit soms ook (ooit mocht het nog) maar dan pas ik mij aan. Meestal nemen we iets wat gewoon uit de hand kan gegeten worden. Of als het echt moet, dan durven we al eens wegwerpgerief te kopen (ik probeer dan wel te gaan voor de meest milieuvriendelijke keuze).

“En wat als…”. Geen concreet voorbeeld maar soms zijn er wel “wat-als’ers”. Ik ben iemand die nu leeft en nu liefst dingen doe die ik graag doe. Niets is zeker, niemand wordt een aantal jaren, weken of dagen beloofd. Als er iets gebeurt waardoor ik plots iets nodig heb, dan zal het ongetwijfeld de moeite zijn om in die situatie iets te kopen of te lenen bij iemand.

Indien je gezinsleden hebt: hoe gaan zij om met je minimalismemanie?  

Ik denk dat ze hier best gelukkig mee zijn. Als iemand iets nodig heeft en ze vragen het aan mij, dan heb ik het binnen de paar minuten ongetwijfeld vast. Zelf weten ze ook perfect waar iets thuishoort. Tot slot laat ik hen zoveel mogelijk doen in hun eigen kamer. Ik vond het altijd belangrijk dat ze hun eigen kamer hadden en ik vind dat ze hier ook enige vrijheid moeten kunnen bewaren. Omdat ik iets leuk, aangenaam of fijn vind, is dat niet persé zo voor anderen. Dat probeer ik te respecteren. Probéér omdat ik af en toe toch even wil zorgen dat alles hygiënisch blijft en dan ga ik me al eens moeien om eerst op te ruimen. Wat betreft mijn wederhelft, hij ziet ook wel gaven in een georganiseerd huis(houden). Het vermijdt eindeloze discussies: “Waar is mijn……” is een zeldzaam zinnetje geworden. Ik durf zeggen dat het wérkt voor ons.

Blijf je nog bijleren over minimaliseren, welke tips zou je gevorderden kunnen meegeven?

Bijna wekelijks luister ik naar de podcast van The Minimalists en ik herlees geregeld eens een manga van Marie Kondo. Ik hou van – georganiseerde – brol: stickertjes, planners, stiftjes, kleine popjes, … Planten kopen behoort nu ook tot één van mijn favoriete bezigheden maar in tegenstelling tot vroeger, blijven ze nu in leven. Al de dingen die ik heb, daar wil ik moeite voor doen. Daar draait het volgens mij om: kies spullen die je wil onderhouden, waar je wil voor zorgen. Dat zijn meestal de spullen die waarde toevoegen.
Voor iedereen: geniet er gewoon van! Wees tevreden, vergeet vooral niet te léven. Er is geen one-size-fits-all hiervoor. Mensen evolueren, je hebt fasen waarin je meer of minder spullen nodig hebt en je zal nooit ‘klaar’ zijn. Je hoeft er ook niet continu mee bezig te zijn, doe vooral waar jij je goed bij voelt. En tot slot: wat je ook beslist om in huis te halen of te houden, doe het met overtuiging. Kies spullen die jij leuk vindt, die jou (en je huisgenoten) gelukkig maken. (Remember het hondenbeeld van Joey en Chandler?)

Welke item heb je ooit geminimaliseerd en je achteraf beklaagd?

Ik heb me eerlijk waar, nog nooit iets beklaagd. Het zijn maar spullen, meestal vervangbaar en nooit levensbelangrijk. Zelfs oude planners heb ik weggegooid. Omdat ze geen waarde meer hadden voor mij. Alles kent zijn tijd en plaats, als de tijd voorbij is, dan is de tijd om te gaan gekomen.
Bepaalde emotionele spullen heb ik gedigitaliseerd (denk aan oude blogposts, schattige mailtjes, foto’s van 20 jaar geleden…) zodat ik ze in principe niet kwijtraak maar misschien zal ik er nooit meer wat mee doen?
Eén van mijn grootste no-go’s is ook dat ik mijn kinderen later niet wil belasten met duizenden beeldjes, honderden boekjes en andere prullaria. Soms houden mensen spullen bij ‘voor later’ maar ik weet zelf niet of dat wel zo’n goed idee is…
Mijn vermoeden is dat als je minimaliseert naar je eigen gevoel en eigen doelen i.p.v. klakkeloos iemand na te doen, dat je dan (bijna) nooit in de problemen zal komen. Niemand kan immers beslissen in jouw plaats wat waardevol is en wat niet.

Welke item kan iedereen minimaliseren?

Wat mij het allermeeste deugd deed, was het wegdoen van al die ‘gratis’ koffiekoppen en ‘gratis’ glazen van bij de mosterd & Nutella. We hebben hier nog steeds een mooi assortiment maar je hoeft écht niet alles te houden

Dikke merci voor je tijd Kim! Volg Kim op volgende kanalen: haar blog of haar Instagram-pagina.

Moneytalk

Sinds vorig jaar werkt mijn echtgenoot als zorgkundige in het ziekenhuis. Daarvoor werkte hij bij enkele goed renderende bedrijven als planner en vertegenwoordiger en dat vertaalde zich vooral in een royaal loon en enorm veel extralegale voordelen. Van maaltijdcheques tot een auto met tankkaart tot relatiegeschenken waar we ook van mee profiteerden. Het punt was: hij was niet gelukkig. Hij besloot na lang wikken en wegen om zich om te scholen tot verpleegkundige. De omslag maken was niet evident, mentaal maar ook in het dagdagelijkse. Van een vast uurschema naar een flexibel uurrooster. Van een royaal loon naar een basisloon.

Uiteindelijk bouw je gaandeweg een leven op en je wordt dingen gewoon. Geld was er altijd, daar hebben we nooit tekort van gehad. Het is ook niet dat wij steenrijk waren, verre van, met twee kleine kinderen en een eigen huis dezer dagen is het soms opletten. Maar…tripjes naar de winkel moesten niet beredeneerd worden op voorhand, daar stond ik nooit echt bij stil.

Nu doen we het met 600 euro netto minder per maand (hij werkt ook minder uren, dat moet ik er zeker ook tussen haakjes bij zetten). We hebben geen bedrijfswagen met tankkaart meer, geen groepsverzekering, geen maaltijdcheques….enkel een hospitalisatieverzekering voor hem.
Ik gebruik al twee jaar systematisch YNAB maar je hoeft niet veel van wiskunde af te weten om te zien dat 600 euro een serieuze hap uit een maandbudget is. Kwam daarbij dat we ook weer de kosten van een auto en benzine hadden. Je moet duidelijk wat over hebben om in de zorg te willen werken, letterlijk deze keer.

Wat blijkt? Het lukt. We doen het werken en we letten enorm op onze uitgaven. Uiteraard is het voorbije jaar geen goeie referentie om op terug te kijken, mijn potjes “dining out” en “fun money” zijn nooit gevuld of leeggehaald geweest omdat…tjah, jullie weten het ook hé.
Het zit hem echt in de kleine details vind ik. Wij spendeerden bijvoorbeeld enorm veel geld aan Bol.com. Een boek dat ik wou lezen: bestellen op bol. Een speelgoedje dat de kinderen wilden: bestellen op bol. Er waren vroeger maanden dat wij 700 euro gespendeerd hadden aan materiaaltjes op bol.com. ZEVENHONDERD! Er waren uitgaven bij waarvan ik niet wist wat ze waren. Elke week systematisch al mijn uitgaven ingeven in YNAB drukt me echt met de neus op de feiten.

Doordat ik het minimalisme leerde kennen vorig jaar ben ik niet alleen serieus gaan downsizen in mijn materiaal maar ik ben ook nog eens minder gaan spenderen. Aangezien ik steeds meer ruimte wou in mijn huis mocht er ook niet teveel binnenkomen dus uitgaven werden veel meer gewikt en gewogen. Versta me niet verkeerd: ik blijf iemand die graag winkelt en zich gemakkelijk verliest in het kopen van onnodige prulletjes, het is een verhaal van vallen en opstaan. Zoals ik eerder schreef kwam het feit dat winkels sloten door de crisis mijn queeste ten goede.

We zijn ook kraks geworden in goedkopere uitstapjes met de kinderen. We waren sowieso geen grote restaurantgangers maar uitstapjes werden al vlug kostelijke posten. Uiteindelijk vinden onze kinderen het vooral fijn om samen met ons op stap te zijn en of daar nu een uitgebreide maaltijd in een duur restaurant bijkomt of thuis een pizza uit de diepvries dat maakt hen geen enkele moer uit. Kinderen worden iets vlug gewoon. Dus proberen we veel te picknicken en in te zetten op belevingen. Ik besef dat de horeca het nu heel zwaar heeft maar we dragen onze steen bij aan de maatschappij door beiden in de zorg te werken voor een matig loon. We laten de grotere uitgaven over aan de mensen die het zich kunnen veroorloven, want momenteel horen wij daar niet bij.

We doen beiden onze job in de zorgsector enorm graag. Wij, noch onze kinderen missen iets. “We zaaien naar de zak”. Alleen is die zak iets minder vol dan vroeger.

7 vragen aan…

Op de pagina “Inspiratiebronnen” vul ik van tijd tot tijd nog wat boeken, blogs of documentaires aan maar het liefste luister ik naar gelijkgezinden over minimaliseren. Er zijn nog heel wat mensen die niet weten wat het juist inhoudt en wat het kan bijbrengen in je leven en het is fijn om te praten met iemand die exact weet wat je bedoelt.

Ik sprak Heidi van de blog Living By The Sea aan. Ik volg haar al superlang (haar Flantaartrecept is een klassieker hier!) en ze is een vaste waarde in blogland. Naast de vele projecten die ze doet is ze ook een aanhanger van het minimalisme.

Hoe of door wie leerde je minimalisme kennen?

Dat weet ik eerlijk gezegd niet meer. Ik had al van kleinsaf ‘opruimdagen’. Dan begon ik in een hoek van mijn kamer en werkte naar de andere hoek en deed alles weg wat ik niet meer wou. In mijn huis deed ik daar mee verder. Zo’n opruimronde bleek ideaal om stress de baas te kunnen 🙂 Het had ook te maken met een gevoel van vrijheid, denk ik. Ik las over minimalisten die maar 100 dingen hadden en vond dat inspirerend. Tot ik merkte dat ze eigenlijk vals speelden want ze rekenden enkel persoonlijke items tot die 100 stuks en niet bijvoorbeeld alles uit de keuken. 

Welke tip zou je starters meegeven?

Begin klein. Bijvoorbeeld met je auto of je handtas of zelfs met je sleutelbos. Je kan ook beginnen met dubbels weg te doen. Twee slabestekken? Goh, echt niet nodig. Ook een gemakkelijke: al je kleerhangers omdraaien en als je iets aandoet, de kleerhanger weer gewoon hangen. Na een jaar weet je dus wat je niet aangedaan hebt en wat je dus in principe kan wegdoen. Je moet spullen soms ook loskoppelen van de prijs die je ervoor betaald hebt. Bij nieuwe spullen denk ik soms ook in een kostprijs per vermoedelijk gebruik. Vaak helpt dat om iets toch niet te kopen. Of omgekeerd, om als het zijn prijs waard is, net echt te genieten van een aankoop. En ook: beter minimaliseren dan organiseren. Je ziet vaak dat mensen extra dozen of kasten kopen om hun vele spullen weg te steken. Dat heeft volgens mij het omgekeerde effect.

Kreeg je al veel tegenkantingen?  Zo ja, welke?

Eigenlijk valt dat goed mee. Soms kreeg ik wel eens de opmerking dat mijn huis kaal was. Ik denk niet dat dit iets met minimaliseren te maken heeft maar eerder met niet kunnen beslissen welke kaders aan de muur zouden komen, haha. 

Indien je gezinsleden hebt: hoe gaan zij om met je minimalisme-manie?


Ik probeer anderen met het minimalismevirus aan te steken met wisselend succes. Mijn moeder en zus zijn echte verzamelaars. Ze kunnen niets wegdoen. Als ik ga argumenteren, dan volgen ze wel maar ze vinden het moeilijk om toch tot actie over te gaan. 

Blijf je nog bijleren over minimaliseren, welke tips zou je gevorderden kunnen meegeven?I

Ik denk dat ik mijn evenwicht gevonden heb als het op minimaliseren aankomt. Ik koop nog nieuwe dingen maar alleen als ik het echt wil, echt nodig heb en echt ga gebruiken. Soms doe ik nog een miskoop maar ik kan dat gelukkig steeds beter inschatten. Wat minimaliseren in de andere aspecten van mijn leven betreft gaat het met ups & downs. 
Een leuke tip voor gevorderden vind ik de packing party. Dan steek je alles in een doos en haal je er uit wat je gebruikt. Wat na een bepaalde tijd (voor de keuken bijvoorbeeld een maand) nog in de doos zit, doe je weg. 

Welke item heb je ooit geminimaliseerd en je achteraf beklaagd?

Ik kan me niets herinneren. Ook al is dat vaak het excuus dat mensen gebruiken om vanalles bij te houden 🙂

Welke item kan iedereen minimaliseren?  

Zo’n ding dat appels in stukken snijdt.

Merci voor je medewerking Heidi! Hopelijk kunnen we ooit nog eens samen van die flantaart proeven!

Volg Heidi op haar blog en op instagram voor meer inspiratie!

Over swipertjes en cirkeltjes.

Dat The Minimalists een nieuwe documentaire gemaakt hadden in samenwerking met Netflix hadden ze vorig jaar al aangekondigd. Ik was het uit het oog verloren omdat ik al een tijdje minder luister naar de podcasts hoewel ze me nog altijd weten te inspireren. Op 1 januari kwam hun 53-minuten durende nieuwe documentaire uit. Uiteraard moest ik die bekijken, ik had zelfs met andere fans zitten Whatsappen over hoe jammer het was dat we deze niet samen konden bekijken met een goeie kop kan koffie erbij.

Ik las tot nu toe twee van hun drie boeken en sommige essays en ik vermoed dat ik toch een derde van de 269 podcasts beluisterd heb, dus ik ken hun verhaal. Zoveel is zeker. De eerste documentaire “Minimalism” vond ik heel waardevol om als zoekende, startende minimalist een basis te vormen. Ik ga nooit beweren dat ik net als hen wil zijn, verre van, ik ben vooral graag mezelf. Maar die kerels inspireren me wel en die eerste docu vond ik dan ook een aanrader.

Bij de tweede documentaire “Less is now” had ik verwacht om nieuwe inspiratie op te doen. Om te zien hoe zij minimalisme rechtstreeks in hun leven toepassen. Ik had wat privé-beelden verwacht, wat inzichten die ze in de praktijk omzetten. Ik bleef echter op mijn honger zitten. Er was niets vernieuwend aan deze film, integendeel, ik had alles al gehoord en gelezen. Komt daarbij dat beide kerels heel theatraal te werk gaan in het aanbrengen van hun boodschappen waardoor het wat fake overkomt…

Een gemiste kans vind ik. Waarom hebben ze deze documentaire gemaakt als er niets vernieuwends meer in te vinden is? Waarom herkauwen ze hun eerste verhaal? Uiteraard gaan veel mensen er wel iets aan hebben, zeker als je je erin wil verdiepen is het een heel goeie springplank. Uiteindelijk zijn zij het geweest die bij mij de minimaliese-zaadjes hebben geplant ook al klinkt dat een beetje louche als ik het herlees.

Is de cirkel misschien een beetje rond bij mij? Ik leer nog bitter weinig bij uit boeken of documentaires die te maken hebben met minimaliseren. Ik heb me er dan ook een jaar uitbundig op gesmeten waardoor ik al een bruikbare basis heb gevormd. Er zijn fundamentele gedachtenpatronen veranderd bij mij het voorbije jaar. Ik moet niet meer altijd “moeten hebben”. De drang naar materiaal is zo verminderd dat ik me soms fysiek ongemakkelijk voel als mijn kinderen weer één of ander flutprutsje in huis binnenslepen. Sommige periodes koop ik zo danig weinig dat ik me raar voel als ik ineens toch een nood heb aan iets. De “Heb ik dit wel nodig?”-reflex geraakt ingeburgerd waardoor ik nu al enkele dagen aan het twijfelen ben om betere handschoenen te kopen terwijl mijn handen tijdens mijn wandelingen zo koud krijgen dat ik mijn schoenlinten niet meer kan knopen. Ik denk er altijd over na en laat het dan los. De volgende keer dat ik met verkleumde handen thuiskom denk ik: “Ik moet betere handschoenen zien te vinden”. Vroeger ging ik al zeker twee paar gekocht hebben “voor het geval het eerste paar niet goed genoeg was”. Nu zal ik als questioner waarschijnlijk nog alle voor- en nadelen van alle types en soorten gaan afwegen alvorens ik een keuze ga maken*. Raar hoe een mens kan veranderen hé?

*Hoe? Types en soorten? Wat kan daar nu moeilijk aan zijn? Ik wil uiteraard een paar vinden dat mijn handen warm houdt bij deze vriestemperaturen, tegelijk mogen ze niet dik zijn en hebben ze nog het liefst swipertjes** op de toppen zodat ik mijn smartphone kan gebruiken. Ik luister veel podcasts en muziek tijdens het wandelen en ik neem regelmatig foto’s. (en ja Whatsapp en Instagram natuurlijk ook ja…)

**Swipertjes? Ja, ik noem dat zo omdat ik niet weet hoe je dat anders moet benoemen. Klinkt nog cute hé? De meeste nieuwe soorten handschoenen hebben anti-slip-dingetjes op de toppen van de vingers zodat je kan swipen zonder ze te moeten uit trekken. Berehandig!

Een jaar later…

En?! Gaat de minimalisme-queeste door? Ik blog veel minder op deze blog dan op mijn andere blog maar dat betekent niet dat het stil ligt. Integendeel. Ik heb het gevoel dat het meer en meer ingebed geraakt. Toen ik gisteren naar Delhaize vertrok wist ik dat het fout zat. Ik wou enkel een attentie (snoepjes) kopen voor mijn vader zijn verjaardag en “nog enkele andere dingen die ik niet in den Aldi kan kopen”. Zonder lijstje en zonder concreet plan vertrok ik en ik zei het op voorhand thuis “Dit komt niet goed”. In de winkel zelf viel het eigenlijk al bij al mee, waar ik vroeger ging impulsshoppen We hebben echt geen ananas meerkan ik nu goed inschatten wat er wel en niet in mijn voorraadkasten staat. Ik besef nu ook ten volle dat ik helemaal geen volle voorraadkasten nodig heb. Zelfs niet in tijden waarin hamsteren een extreem grappig gebaar kreeg in doventaal. (Fyi, ik kwam thuis met één iets wat ik anders niet op mijn lijstje ging gezet hebben.)

Uiteraard had ik in 2020 ook de corona-crisis mee in het geval van minder shoppen. Dat klinkt heel tegenstrijdig en ik had nooit gedacht dat ik dat vorte virus ooit nog als iets positief zou benoemen. Het duurt enkele weken om van een gewoonte af te geraken. Zo lukte het mij indertijd om van het nagelbijten af te geraken toen ik eens op mijn voortanden ben gevallen. Winkelen was nooit eerder zo saai als het voorbije jaar. Het heeft me geholpen om af te kicken van de kleine winkelbezoekjes die ik vroeger zoveel deed. “Een keer vlug de Hema binnenlopen….” resulteerde altijd in een kleurrijke stylo, een boekje (“maar het heeft zo’n schattige alpaca op de cover!?”) en een zak theelichtjes inclusief misschien wel een nieuw potje om ze erin te zetten (want dat heb ik helemaal niet….😉 ) Herkenbaar? Zo bestond ik en zo besta ik nog altijd. Ik denk ook niet dat ik deze eigenschap vlug ga kwijt geraken Ik hou nog altijd van kleurrijke spullen. Het enige wat veranderd is: ik moet ze niet meer zo nodig allemaal hebben¹.

Het huis voelt een heel stuk lichter. Er zijn in heel mijn decluttermanie nog maar twee zaken uitgekomen waar ik iets te enthousiast mee aan de slag ben gegaan en die we nu missen. Een laptoptas en het kabeltje van mijn oude fototoestel². De kinderen houden ervan om met dat dingetje te prutsen maar toen ik de foto’s wou inladen op mijn laptop vond ik nergens het kabeltje dat bij het toestel hoorde. Negen van tien heb ik dat weggegooid toen ik de brolschuif heb aangepakt.

Samen met mijn huis voelt ook mijn hoofd lichter. Ik functioneer veel beter zonder al die prikkels. Het gaat eigenlijk vooral over goeie gewoontes kweken. Ik vind het bijvoorbeeld helemaal niet erg als de kinderen heel de living vol zetten met hun speelgoed overdag maar ’s avonds wil ik wel dat alles aan de kant is. Niets irritanter dan op een legostukje stampen vlak voor je gaat slapen toch?

Dus om te antwoorden op de vraag waarmee ik dit stukje ben gestart: ja! Ik blijf gaan!

¹ Behalve planten. Ik moet mezelf telkens bijsturen. Alsof ik kleine rukjes moeten geven aan een fictieve leiband als ik een plantshop binnenga “oh oh, rustig, niet teveel”. Elk plantje krijgt hier dan ook extreem veel liefde en een plekje in mijn hart.

² Iemand die een UC-E6-kabeltje kan missen, geef een seintje!

Upgraden of downsizen

Het voelt altijd een beetje zuur om “een stukje internet” te kopen. Althans, zo noem ik het toch. Zo moest ik dit jaar beslissen of ik mijn google-account ging vervangen of upgraden, uiteraard met de bijhorende kosten. Ook op mijn hoofdblog heb ik een premiumaccount moeten aankopen want mijn storage zat na 10 jaar vol. Tegelijk is upgraden eigenlijk voornamelijk de gemakkelijkste oplossing en ik moet toegeven dat ik mij de rompslomp ontzag. De foto’s overzetten, een nieuw emailadres verspreiden, jadajadajada, ik ben in feite gewoon te lui om me daarmee bezig te houden. So far voor de minimalistische mindset.

Sinds 2020 lees ik ook veel meer digitaal. Ik heb nog geen e-reader gekocht bij mijn Kobo-abonnement maar ik gebruik mijn smartphone als ik in bed lees en de iPad als ik in de zetel ergens beland met een boek. Werkt goed, niet perfect want een iPad-scherm is minder aangenaam om op te lezen, maar alléékom. Het voelt niet hetzelfde en ik heb het jarenlang niet willen doen omdat ik toch echte boeken prefereer. (Daar kan nog altijd niets tegenop vind ik, de geur, het gevoel, en vooral debbelen aan de lettertjes op de kaft als deze zo ietsje dikker zijn gedrukt….zalig). Maar toen ik de voorbereidingen aan het maken was om mijn boekenlijstje van 2020 te posten was er wel een immens verschil: ik las dubbel zoveel boeken als in 2019. In 2020 had ik me ook voorgenomen om geen enkele bibliotheekboete meer te krijgen en daar ben ik wonderbaarlijk in geslaagd hoewel/aangezien ik veel minder ga….

Als ik alles bij elkaar tel in het potje “Internet” op mijn YNAB kom ik aan volgende zaken: Spotify, WordPress, Google, Netflix, Wi-Fi, 4G, Kobo Plus. Tegelijk koop ik geen boeken meer, geen CD’s (doet iemand dat nog?), ga ik weinig tot nooit naar de cinema, volg ik online webinars en heb ik anders geen kostelijke hobby’s. Dus “ik koop een beetje internet” maar ik krijg er heel wat voor terug.

Betalen jullie voor upgrades? Of zou je het doen indien nodig?

Ho Ho Yes!

Voor mij is de decembermaand jingle all the way. Vanaf nu glijd ik stilletjes aan in kerstmodus en mogen de extra lichtjes beginnen komen. Ik blog dan ook -as we speak- op een ontiegelijk vroeg uur en overladen met kerstlichtjes op de achtergrond. Ik probeer het binnen de perken te houden met materiaal maar kerstlichtjes zijn zo gezellig, ik moet me tegenhouden om ze niet het hele jaar te laten hangen omdat ik besef dat dat een deel van zijn kracht zou wegnemen.

Het is mijn eerste kerst sinds ik het minimaliseren omarmd heb. Toen ik vorig jaar de kerstversiering opborg ben ik wel al met die mindset eraan begonnen. Het materiaal dat ik niet gebruikt had wegens “ouderwets” “tacky” “half kapot maar toch goed genoeg om nog te gebruiken” heb ik de vorige keer al uit de dozen verwijderd. Ik had toen duidelijk al wat over opruimen en organiseren gelezen want toen ik gisteren aan het uitpakken was vond ik mezelf heel wat: kerstplacematjes, kerstmokken en zelfs een restje kerstservetjes waren te vinden bij de versiering voor de boom. Ik herinner me dat ik vorig jaar eerst papieren placemats en wegwerpmateriaal zocht maar uiteindelijk koos voor iets wat ik andere jaren weer zal kunnen gebruiken. (Dat er dit jaar geen uitgebreid kerstfeest komt met familie wist ik toen gelukkig nog niet). Geen kerst zonder dat er een rendier te vinden is op mijn koffietas!

Tegelijk wrong er iets in mijn minimalistische mindset want: ik ben mijn kerstversiering zo beu als kouwe pap. Het is een samenraapsel van vanalles, een kakofonie van gerief. Toch zijn sommige items me echt dierbaar. De kerstbal die ik kocht op de rommelmarkt, de glitterbollen die ik me ooit “toe-eigende” na een uit de hand gelopen kotfeestje in het jaar….euhhh…2001 misschien? Die wil ik niet kwijt maar mijn andere kerstversiering is 15 jaar oud, ik kocht ze toen ik ging alleen wonen.

Minimalist of niet: volgende kerst wil ik iets anders. Ik vermoed dat de kringloopcentra in januari misschien wel volstromen met afgedankt kerstgerief en ik ga daar zeker eens snuisteren als ik het mijne doneer.

Maar voor nu baad ik mezelf eventjes in glitter, breekbare items (met kinderen in huis minimaliseert zo’n gerief zichzelf ook wel) en dansende sneeuwpopjes op pootjes. Volgend jaar is het mijn queeste om dit gerief te swappen voor andere kleuren en vormen.

Doen jullie ook van lichtjes-overkill of hou je het liever low profile?

De kleine dagen zijn goed voor me.

Ik heb het gevoel dat sommigen de tijd in versnelling willen brengen. Waar andere jaren vaak wordt gescandeerd dat de kerstboom pas komt na Sinterklaas zie ik meer dan andere jaren al knipperende bomen door ramen en kerstversiering aan struiken. Een lichtje voor de zorg (#zorgvoorlicht) heeft dit uiteraard in gang gezet en als medewerker in de zorg warmt het mijn hart als ik ’s avonds laat naar huis rij van mijn werk. Ik zet dan ook regelmatig een kaarsje aan mijn voordeur. Willen we 2020 zo snel mogelijk vergeten? Misschien zien sommigen het nieuwe jaar als een kantelpunt. Het moment waarop de corona-crisis misschien onder controle zal zijn? Het moment waarop een vaccin ons misschien kan helpen? Hoopvol zijn voor de toekomst en tegelijk die toekomst zo vlug mogelijk willen instappen. Alles beter dan het hier en nu toch? Ik weet het niet. Uiteraard heb ik ook dagen waarop ik liever onder mijn donsdeken zou blijven liggen, chillpants aan en het bakje van de TV dichtbij. Het klinkt zelfs terwijl ik het schrijf heel aanlokkelijk. De laatste tijd was ik ook wel een beetje whatsappmoe en had ik minder goesting om aan bepaalde taken te beginnen, simpelweg omdat het niet uitmaakte of ik ze die dag of de dag erna deed. Waar ik anders vlot door de dag geraak is het nu regelmatig nodig om mezelf wat op te peppen om me aan de simpele routines van het dagelijkse leven te houden. Routines houden mij alert en het moment dat ik ze volledig laat varen wordt het wat flou rond me. Mijn bullet journal staat veel minder vol gekrabbeld dan anders maar ik forceer mezelf om wekelijks mijn planning op te maken inclusief weekmenu, boodschappenlijstje. Deze structuur hou ik ook in mijn hoofd aan maar als ik ze niet neerschrijf is het gevaarlijk om te verzanden in “ik doe het morgen“. Ik ben heel mild voor mezelf en neem op tijd rust maar het is een dunne lijn tussen rust nemen en “compleet ongeïnteresseerd naar een brainless serietje gapen terwijl ik aan de mijter van een chocolade Sintfiguurtje knabbel”. Gelukkig heb ik mezelf de laatste jaren goed leren kennen en weet ik wat belangrijk is om me op de been te houden: veel bewegen, plannen neerschrijven en relaties onderhouden. Dus whatsappmoe of niet: ik spam vrienden wel eens met een leuk nummer uit mijn spotifylijst, zomaar omdat ik aan hen moet denken. Ik blijf noteren welke kleine taakjes ik wil afvinken in de komende twee dagen (lakens verversen, check!) en ik hou me aan mijn weekmenu.

Hebben jullie routines? Is het moelijker om ze aan te houden als de dagen meer op elkaar gaan lijken?

*titel gestolen geleend van Brihang “Kleine dagen”

Effen huis, effen geest

Buitensmijten, wegwerken, verwijderen. Loslaten heeft me zoveel bijgebracht het laatste jaar. Ik word niet langer opgeslokt door overvolle kasten en ik sleep geen brol meer binnen. Ik voel het in mijn portemonnee maar ook in mijn gedachten. Ik sta momenteel midden in een stresserende tweede golf binnen mijn job in de zorg. We waren met moeite gerecupereerd van de eerste periode en daar komt de tweede overspoeling al aan. We incasseren, schakelen een versnelling hoger en veranderen constant onze schema’s. Toch heb ik het gevoel dat ik het aankan. Uiteraard zijn er ook dagen dat ik het lastig heb en dan kan eens goed foeteren echt deugd doen. Als mijn gedachten in mijn hoofd blijven malen durf ik wel eens een schuif opnieuw declutteren. Ballast overboord gooien geeft me verse zuurstof. Mijn huis en mijn geest effen leggen. De periode die er nu aankomt zal er voor velen weer één zijn van downsizen, deze keer hopelijk in fysieke contacten. Voor mij verandert er niet zoveel, mijn sociaal leven was toch gereduceerd naar losse bezoekjes aan mijn ouders en soms eens mijn grootmoeder vanop afstand. Toen ze daarnet aan de telefoon zei dat ze me graag nog eens wil zien moest ik haar met spijt in het hart zeggen “deze week niet, meme”. Ik vrees dat ik dit telefoontje nog enkele weken zal moeten voeren. Mijn wandeldates, die laat ik wel nog doorgaan. Ik heb er deugd van om naar mijn medewandelaars te luisteren, soms ratel ik zelf ook, soms luister ik vooral. Meer kunnen we voorlopig niet doen. Wandelen, luisteren, elkaar virtueel ontmoeten en ondersteunen. Met afstand maar daarom niet minder liefdevol.