– the more you get, the more you got, the more you want some more.

(titel: dEUS – Supermarketsong)

“Het lijkt me echt zalig om een vakantiehuisje te hebben op enkele uurtjes rijden van je deur. Vrijdagavond gooi je wat gerief in je koffer en enkele uren later ben je weg van het dagdagelijkse.”

Hmja. Klinkt aanlokkelijk! Niet dat ik de financiële middelen heb om nog een tweede woning te kopen (ik vermoed dat ik niet de enige ben) maar er wordt wel eens luidop gedroomd.

“Als ik ooit de lotto win dan bouw ik een stuk aan mijn huis met een grote glaspartij aan de zijkant zodat ik voldoende licht heb”.

Ohja, nog zo’n luide droom. Een tuinkamer zouden ze dat nu durven noemen in de boekskes. Een veranda met gesten dus eigenlijk. Eén probleem: ik speel niet met Lotto.

Aan de andere kant: waarom eigenlijk? We wonen in een groot huis. Groter dan de gemiddelde gezinswoning alleszins. Waarom het hier dan nog groter maken?

Vandaag nam ik de tijd om de poetsen. Het komt er niet altijd van en zoals ik al eerder schreef heb ik geen poetshulp dus het is soms wat zoeken om het allemaal rond te krijgen. Laat staan dat ik dan nog eens twee eigendommen zou hebben om te onderhouden. Daar denk ik meer en meer over na. Hoe meer je hebt, hoe meer je moet onderhouden. Zelfs in een huis waar relatief weinig gerief staat zoals het mijne is er altijd veel poets- en oplapwerk. Als je klaar bent met het ene dan is het andere weer vuil. Alles wat je bezit daar moet je aandacht aan geven anders gaat het kapot. Reden te meer om onnodig materiaal uit het huis te duwen. Ik plan om binnenkort nog eens door al mijn gerief te gaan zodat ik weer wat meer adem heb. Vreemd genoeg kan ik daar naar uitkijken om eens goed te roefelen in de dingen.

(Ondertussen merk ik op dat op deze blog ook “sponsored content” te vinden is. Ik vermoed dat het te maken heeft met het feit dat ik mijn domeinnaam niet betaald heb. Beetje contradictie op een blog over beginnend minimalisme, maar kijk, het is wat het is! 🙂 )

Mojo en de bankkaart.

Ik ben een beetje mijn mojo* kwijt. Het is nog al voorgevallen dat ik geen goeie balans kan vinden tussen onderprikkeling en overprikkeling waardoor ik me een beetje lusteloos voel. Dan ga ik op zoek naar uitdaging maar ik ken soms geen mate waardoor ik al mijn kruit aan iets verschiet en mezelf voorbijloop. Er zijn uiteraard verschillende oorzaken voor dit gevoel, ik ben aan het uitzoeken wat ze zijn en hoe ik ze kan tackelen.

Wat me altijd in zo’n periode opvalt: ik heb de neiging om te shoppen. Mijn materialistische kant komt ineens naar boven en ik heb zogezegd dringend nood aan 8 washitapes en vooral heel veel nieuwe balpennen en koffiemokken. Het valt me moeilijk om de lusteloosheid in de ogen kijken en het liefst van al duw ik die gevoelens weg met de bankkaart tegen de zijkant van het bancontactbakje. Want shoppen kan verdovend werken. Die kleine spark of joy (jawel, dat heb ik schaamteloos van Marie Kondo gestolen) die een aankoop mij bezorgt doet me eventjes euforisch voelen maar niet lang daarna ben ik terug bij af en 20 euro armer, in het slechtste geval veel meer.

Het is al iets dat ik het weet en kan herkennen. Ik kan mezelf redelijk bijsturen op dat gebied, en het is niet zo dat ik nooit iets voor mezelf koop, maar ik doe het veel doordachter dan enkele jaren geleden. Impulsshoppen brengt me weinig vreugde in the long run. Dus ik vermijd de Action en de uitnodigende papierhandels in die periode. Ik besef dat “gewoon eens online neuzen naar kleren en sneakers” niet bestaat, want mijn inschattingsvermogen is vertroebeld.

Ik heb ook altijd de neiging om weer een kat in huis te nemen, misschien moet ik ze dan effectief Mojo noemen. *Mojo is trouwens een samentrekking van Motivation en Joy. Heb ik deze week ontdekt toen ik er naar op zoek was op het internet.

Geen zorgen, we bewaren je winkelmandje voor jou.

Al jaar en dag werk ik met Smartphoto om mijn fotoproducten te bestellen. Belangrijke momenten laat ik graag vastleggen door mijn vriendin/fotografe Kelly Steenlandt. Ik snuister heel regelmatig door de beelden van de groeifeesten van onze jongens, het voelt telkens als een klein beetje herbeleven van het moment.

Deze week kreeg ik een mail van Smartphoto om te melden dat mijn smartbonus beschikbaar is. Smartphoto werkt met een systeem waarbij ze een percentage van je uitgaven op de site bijhouden. Die korting kun je na enkele maanden inzetten op je nieuwe bestelling. Je kent het wel, een online klantenkaart eigenlijk.

Aangezien ik toch een heel aantal bestellingen doe (kerstkaarten, uitnodigingen, fotostickers, foto’s vergroten….) liep de korting deze keer op tot 12,50 euro. Mijn eerste reflex was: Ah, ik ga iets bestellen. En vlug, want de bonus vervalt op 28 januari.

Terwijl ik aan het surfen was tussen de honderden fotoproducten voelde ik het niet. Veelal vind ik wel iets dat me aanspreekt. Uiteindelijk maakte ik een ingekaderde poster met de foto die ik op ons kerstkaartje gebruikte. De kostprijs was 19,99 euro + verzendingskosten 3,99 euro. Na de aftrek van de bonus moest ik nog 12,48 euro betalen.

Dus ik ging 12,48 euro betalen om een korting van 12,50 te genereren op een product dat ik eigenlijk niet echt nodig had. 🤔🙄😏

Ik klikte de website dicht en liet het voor wat het was. En zelfs nu terwijl ik het aan het typen ben denk ik: zou ik toch niet bestellen? Maar de “Heb ik dit echt nodig?”-vraag gaat ook op tijdens solden . Ik moet alleen regelmatig naar het vraagteken zoeken.

Clean floor, clean thoughts

Ik heb geen poetshulp.

Correctie, ik heb geen poetshulp meer. Ik heb lange tijd tweewekelijks iemand gehad die 4 uren kwam poetsen. Maar op een gegeven moment zijn er nogal veel wissels gebeurd in de poetshulpen waardoor ik vooral heel vaak bezig was met uitleggen wat belangrijk was, waar mijn gerief te vinden was en wat mijn verwachtingen waren. Het was ook niet zo evident omdat we met een wisselend uurrooster zaten en ik dus soms thuis was en soms ook niet. Ik vond het helemaal niet gezellig om thuis te zijn als de poetshulp er was. Ook al moest ik dan soms nog 8 uren gaan werken na de middag en in de avond, het voelde alsof ik het eigenlijk zelf kon doen. Op een gegeven moment begon ik echt te twijfelen of ik het nog een meerwaarde vond. Tegelijkertijd kondigde ook die poetsdame aan dat ze ging veranderen van bureau en heb ik toen beslist om niemand nieuws meer te laten opstarten.

Maar eerlijk: ik haat het. Niet het poetsen zelf. Dat haat ik niet. Ik haat de gedachte aan poetsen. Ik haat het als ik zie dat het vuil is en ik misschien wel eens weer zou moeten poetsen. Ik vind het vreselijk om mijn tijd eraan te besteden.

En tegelijkertijd…is het eigenlijk best ontspannend. Sinds ik mijn huis geminimaliseerd heb is er ook heel wat minder poetswerk, er staat veel minder in waardoor het veel sneller gaat. Ik luister naar een podcast of naar muziek terwijl ik het doe. Ik zou zelfs durven zeggen dat het mijn hoofd vrijer maakt. Als we met twee zijn gaat het ook enorm vlot en tijdens vakanties helpen de jongens met stof wegnemen.

Deze avond kreeg ik nog een wilde energie-opstoot en besloot ik om 19u om nog te dweilen. Het begon met een vol hoofd en samen met het vuile sopje stroomden mijn gedachten weg. Het gevoel van die natte dweil die over de tegels gaat en niets anders kunnen doen dan dat, het werkte zelfs stressverlagend. Ik word ook altijd blij als ik de vloer zie drogen onder mijn ogen door de frisse lucht die binnenwaait. Op koude winterdagen zie je zelfs damp opstijgen van de vloertegels. Het klinkt zowaar romantisch zeg!

En toch…ik weet nu al dat ik de volgende keer weer zal balen als het vuil is….maar dat ik achteraf wel weer content ga zijn dat het proper is.

(Af)wasjes

Als ik naar huis terugkeer heb ik na elke reis minstens een halve valies propere kledij terug mee. Mijn reisvaliezen zijn dus allesbehalve minimalistisch gevuld. Misschien zou het anders zijn moest ik mijn kleren op mijn rug moeten rondslepen maar dat is nooit het geval, ik huur altijd een vakantiehuisje op reis. Ook voor de kinderen heb ik veel te veel verse kleren mee, ik trek het dus door dus naar mijn kroost. Zij zouden het niet erg vinden om een week dezelfde kleren te dragen, ze zijn daar totaal niet mee bezig. Als ik ze op kamp stuur geef ik ze ook altijd veel te veel kleren mee. Soms zien we na vier dagen foto’s passeren en zien we onze zoon met dezelfde kledij als bij het vertrek rondvendelen. Ze smijten tijdens zo’n kamp ook altijd hun vuile kledij tussen hun propere waardoor ik achteraf de volledige valies mag wassen.

Ik begrijp ook niet goed vanwaar dat komt, dat trekje om veel te veel kleren mee te slepen. Ik ben toch niet de enige die dat doet? Waarom heb ik schrik dat ik iets tekort zal komen? Zou het zo erg zijn om eens iets langer te moeten dragen? En als je iets tekort komt kun je het toch altijd aankopen? Zoals mijn riem die ik thuis vergat, in feite iets wat ik echt nodig heb omdat mijn broeken quasi altijd afzakken, niet zo handig bij bergwandelingen. Ik kon er één vinden in een sportwinkel en nu loop ik dus rond met een alpinistenriem….werkt perfect.

Misschien wil ik gewoon niet teveel nadenken over “of ik wel genoeg ga meehebben”. Op reis heb ik graag comfort en zo weinig mogelijk aan mijn hoofd. Ik hoef geen huis met een zwembad of een fancy moderne look. Ik wil gewoon dat de basis aanwezig is, dat ik een goed bed heb en dat ik van de zon kan genieten. Soms is er een vaatwasser, soms ook niet. Dit jaar is de keuken heel basic en wassen we elke dag af. Vreemd genoeg vind ik dat ontspannend op reis. De kinderen kunnen dat ook perfect samen doen. Eerst blad-steen-schaar voor wie mag afwassen, de verliezer moet de handdoek opnemen. Sowieso vind ik het zelf nooit een gedoe, terwijl ik thuis de hele vaatwasser zou voltetrissen om maar niet te moeten afwassen.

Het heeft vooral te maken met tijd en ruimte denk ik. Op reis zijn er sowieso weinig tot geen moetjes waardoor er tijd is om eens rustig af te wassen, het neemt geen ruimte af van andere zaken. En het zou heel gemakkelijk zijn om te scanderen: “Ik ga thuis ook weer meer afwassen, want dat is eigenlijk niet lastig.” Maar ik ben zeker dat het na enkele keren weer een taakje zou worden op de to-do-lijst en ik er binnen de kortste keren een hekel aan heb.

Dus neen, mijn vaatwasser ga ik niet minimaliseren.

Soep met babbeltjes.

“Maar Linus toch!”, mijn oudste zoon roept luidop naar mijn jongste terwijl een soepkommetje net de grond raakt en in duizend stukken vliegt. Beide jongens schrikken en blijven stokstijf staan. Ik schrik meer van mijn zoon dan van de breuk, vooral omdat beide karwaten in hun blote voeten tussen de scherven staan. Ik wil graag dat ze me helpen in het huishouden, dat er dan brokken gemaakt worden, dat moet ik erbij nemen.

“Het was je lievelingskommetje hé” zei mijn jongste nadat ik de scherven had samengeraapt. “Ja, maar dat is niet erg”. Het kommetje had ik na het overlijden van mijn grootmoeder uit haar keuken meegenomen. Een herinnering aan de vele soepmomentjes samen.

“Maar waarom eet je daar dan uit?” zou je kunnen zeggen. “Waarom bewaar je het niet?”. Waarom zou ik dat doen? Om ervoor te zorgen dat het nooit breekt misschien? Dat kan ik inderdaad doen, maar alle keren dat ik er de laatste 5 jaar uit gegeten heb heb ik eventjes aan haar gedacht. Ik heb er nu veel meer genot van gehad dan dat ik het ergens in een kast zou stockeren.

En ja, samen met het kommetje is een stukje van mijn hart een klein beetje gebroken maar dat is het leven. Een herinnering is meer dan een soepkommetje.

Ten minutes / Ten things

De podcast van The Minimalists bestaat al zo lang, ik heb er al enorm veel afleveringen van beluisterd. Vandaag zag ik op hun Instagram een reel waarin ze het hadden over “Ten minutes, ten things”. Ze bieden een oefening aan om stil te staan bij hoe je kijkt naar materiaal en belevingen. De oefening is heel simpel:

Neem een blad papier en trek een lijn in het midden. Schrijf links de grootste aankopen van de laatste tien jaar en schrijf rechts de meest memorabele ervaringen van de laatste tien jaar.

“Chances are: nothing overlaps”.

Ik schreef links: ons huis, onze wagen, onze New York-trip, een nieuwe zetel, laptop…. allerhande duurzaamheidsinvesteringen in onze woning: zonnepanelen, isolatie, kachel,…

Ik schreef rechts: een à-la-minute-trip naar zee, het groeifeest van mijn twee zonen, uitstapjes met de kinderen waarbij iedereen ontspannen was, de reis naar New York met ons twee, goeie gesprekken, shitty dinners en losse bijeenkomsten.

Eén overlap.

Het is confronterend om te zien en tegelijkertijd wéét ik het. Maar in die grote investeringen die we gedaan hebben zit er niets waarvan ik denk: dat was onnodig. We hebben die zaken bewust aangekocht om ons leven te verbeteren. Het zijn investeringen in de toekomst en geen luxe-aankopen waarvan je zou kunnen zeggen “zonder gaat ook”.

In principe koop ik nooit meer iets waarvan ik denk: waarom heb ik daar eigenlijk zoveel geld aan gespendeerd? Aan de andere kant zou ik mezelf ook echt zaken gaan ontzeggen want laatst scheurde mijn broek letterlijk rond mijn billen. Zoals altijd is de moeilijkste opdracht: het zoeken naar een goeie balans….

….en hopen dat je broek niet verder scheurt als je niet direct een andere kan aandoen zoals in mijn geval.

The lightning bolt?

Zoals ik in de vorige blogpost reeds schreef: het is pas sinds enkele maanden dat ik mezelf echt een minimalist durf te noemen. Er wordt wel eens over gegrapt onder vrienden: “Breng een stoel mee als je bij Liese iets gaat drinken” of er wordt gereageerd dat ik niet tè minimalistisch moet zijn als ik per ongeluk iets weggooi dat moest bewaard worden.

Er is niet bepaald een lijn overschreden, er is geen specifiek moment geweest waarop de grote klik is gekomen. “The lightning bolt” zoals Gretchen Rubin het soms omschrijft in haar blogs over gewoonteverandering, dat is uitgebleven. Ik geloof eerder dat het een langdurig proces was met een mindset reset als resultaat.

Tijd om Minimaliese op te doeken dan? Ik denk het niet. Want vinger aan de pols houden is in mijn geval de beste manier om iets door te zetten.

Mijn koopdrang omkeren ging niet voor niets. Er zijn namelijk tijden geweest dat shoppen het ultieme verdovingsgedrag was, als ik solden kon doen was mijn weekend goed. Maar materiaal kopen geeft me geen langdurige voldoening. Veelal voel ik me beter als ik me niet heb laten meeslepen door een aankoop.

Voor mij gaat die minimaliese-periode van het ervaren van “less is more” hand in hand met de keuze om in te zetten op betere relaties. Dus die dingen zijn voor mij onlosmakelijk met elkaar verbonden, hoe vreemd het misschien ook klinkt. Het voelt alsof er ruimte in mijn leven is vrijgekomen om hier meer aandacht aan te besteden. Ik twijfel gewoon minder: als het niets bijbrengt in mijn leven dan hoef ik het niet. Zo gaat dat niet alleen bij het beslissen over materiaal kopen (of krijgen), maar ik trek het ook door naar mijn relaties.

Ik heb door de laatste jaren ervaren dat connectie met anderen mij veel meer bijbrengt dan impulsshoppen. Als introverte eenzaat is verbinding vinden heel lang moeilijk geweest en het blijft een dingetje bij mij. Ik ben nog altijd een luisteraar die te weinig van zichzelf deelt met een gesprekspartner en ik blijk niet zo talig te zijn als het gaat om het verwoorden van mijn gedachten en gevoelens. Het gaat gelukkig veel beter als ik het via een klavier mag doen maar ik heb soms wat tijd nodig om in een gesprek te rollen en dat kan alleen als ik daar effectief ruimte voor maak. Maar eens ik daar ben en iemand zich durft open te stellen bij mij, dat vind ik duizend keer meer rewarding.

Wanneer is genoeg genoeg?

Met de stijgende levenskosten momenteel is het pijnlijk duidelijk dat er moet gedownsized worden. Ik merk soms dat nog niet iedereen goed beseft welke dure tijden ons te wachten staan. Door mijn uitgaven minutieus bij te houden in YNAB ben ik misschien een gierige pin maar ik zie ook letterlijk waar de kosten stijgen en dat geld moet van een ander budget komen. Momenteel denk ik na over hoe ik mijn vervoer kan beperken en probeer ik mijn uitjes portemonnee-vriendelijker te maken.

Het is pas recent dat ik mezelf echt een minimalist durf te noemen. De mentale reset die ik gedurende de voorbije twee jaar heb gemaakt lijkt ingesleten in mijn handelingen. Het nadenken over aankopen is er één die ik mezelf echt eigen heb gemaakt. Ik ben ook gewoon content met wat ik heb en niet meer “op zoek naar nieuwigheden, gewoon omdat het leuk is”. Social media proberen je constant te overtuigen dat je dingen nodig hebt. Zo zoek ik wèl een nieuw kleedje voor het groeifeest van mijn zoon binnenkort en sinds ik op Instagram op enkele accounts heb geklikt word ik bestookt met allerlei zomerjurkjes. Ze duwen ze zo danig in mijn strot dat ik er bijna een degout van krijg. De kracht van dat medium is niet te onderschatten. Je moet eigenlijk echt heel bewust gaan zeggen: “Ik heb dat niet nodig” als je wil vermijden dat je omhoog swipet naar “shop nu”.

Ik heb echter ook wel het voordeel dat ik geen verzameling heb van iets. Het moet moeilijk zijn op die manier om te filteren wat je wel en niet wil kopen. Want als je iets verzamelt, wanneer heb je er dan eigenlijk ooit genoeg van? Word je dan op Instagram ook bestookt met allerlei voorstellen om je collectie uit te breiden? En hoeveel ben je bereid om te spenderen aan dat ene stuk dat je verzameling compleet maakt?

Ben jij een verzamelaar? En hoe bepaal je of je iets wel of niet toevoegt aan je collectie?

Vinted

Wat mij typeert is dat ik altijd zo een kwartier achter kom als het over online gedoe en apps gaat. Het bereikt me ooit wel, maar meestal als er al iets meer over geweten is of als ik anderen er positief over hoor babbelen. Kortom: ik laat een ander het eerst uitzoeken en spring pas later op de kar.

Laatst waren twee vriendinnen van me aan het praten over hoe ze hun kledij verkopen via Vinted en ik werd nieuwsgierig door hun positieve ervaringen.

Ik had al een tijdje een paar schoenen staan die ik nauwelijks gedragen had, weinig tot geen gebruikssporen. Hoewel ik ze graag zag had ik weinig kleren die ik erbij kon dragen dus ik besloot het eens te proberen.

Via de website van Vinted kon ik heel snel foto’s uploaden en een profiel aanmaken. De terms and conditions zijn heel duidelijk:

  • Als jij verkoopt betaalt de koper de verzendingskosten.
  • Het bedrag van de koop wordt op een tussenrekening gestort bij Vinted en wordt in je online portemonnee uitbetaald als de koper zijn goederen ontvangen heeft.
  • Je kunt de online portemonnee gebruiken om nieuwe zaken aan te kopen via Vinted of je kunt het bedragen laten uitkeren op je rekening. (Als minimalist ga ik dat uiteraard laten uitkeren 😉 )
  • Als je iets verkoopt verbind je jezelf om het binnen de 5 dagen op te sturen. Na het versturen geef je het trackingnummer in op de app.
  • Bij mijn eerste verkoop heb ik het verzendlabel zelf betaald maar wordt 5,70 euro doorgerekend aan de koper. De tweede keer kreeg ik een mail waarin ik het verzendlabel moest downloaden, de koper had dit aangekocht en ik moest het enkel afprinten en op het pakket plakken.

Ik heb vroeger veel verkocht op tweedehandssites. Het lastigste hieraan is: wispelturige kopers en de opvolging van je verkoop. Soms moet er nog iets betaald worden bij afhaling en dat is ook ambetant (geen pasgeld of de koper probeert alsnog af te dingen).

Tips voor een goeie verzending van materiaal:

  • Via de website van Bpost kun je heel vlug verzend labels maken en printen. Dat bespaart veel postkantoortijd. (Onze postbediende slaat graag een praatje, hij is vriendelijk en heel vriendelijk, maar soms moet het gewoon vooruit gaan).
  • Ik verzamel hier en daar verschillende types (schoen)dozen of ik bewaar dozen van online aankopen, je zou verrast zijn hoe sommige dingen perfect in een doosje kunnen passen! (Dat geeft me altijd zo’n voldaan gevoel 🙂 )
  • Ik verpak altijd items in een doos die ik helemaal dichtplak, in principe zou ik het zo kunnen verzenden maar ik doe er nog eens kleurrijk inpakpapier rond, het ziet eruit als een cadeautje als je van mij een pakketje ontvangt.
  • Bij Smartphoto bestel ik regelmatig ingekaderde posters, die komen altijd toe in bubblewrap. Het is vervuilend voor het milieu maar ik hergebruik het als ik delicate items moet versturen. Indien ik geen meer in voorraad heb gebruik ik een oude badhanddoek.

Ik had deze keer weliswaar veel geluk. Nog geen 5 minuten nadat mijn eerste artikel online stond was het verkocht. Ik besloot ook mijn quarantaineschoenen eens online te zetten en deze waren binnen de dag verkocht!

Als vrijwilliger bij Gezinsbond organiseren we twee keer per jaar een tweedehandsbeurs voor kinderartikelen. Er wordt veel verkocht en het is een goeie manier om de kleerkasten van je kinderen op te ruimen. Sommige mensen gaan gefrustreerd naar huis, ze verkopen weinig tot niets terwijl ze heel kwaliteitsvolle kledij op hun tafel hebben. Dat ligt dikwijls aan één ding: te hoge prijzen. Ik ben van mening: beter te laag geprijsd dan weer mee naar huis om weer stof te vergaren. Zo ging het ook met de schoenen die ik online verkocht. Na de verkoop zag ik heel wat aanbiedingen voor dezelfde schoenen in de virtuele etalage, weliswaar 20, 40 tot 60 euro duurder, maar wel nog altijd te koop. Misschien had ik er meer voor kunnen krijgen, maar nu zijn ze tenminste weg.

Heb jij al verkocht via Vinted? Had je dezelfde ervaring of is het minder vlot gegaan?